FOKSUK
WEER
CHESS
PUZZLE
GAMES

maandag 17 mei 2010

Hypotheekrenteaftrek: wie heeft de meeste pijn?


D66, SP en de PvdA willen de hypotheekrenteaftrek beperken. Groenlinks wil hem zelfs helemaal afschaffen. Volgens economen een goed idee, want de aftrek werkt marktverstorend. Maar wat betekent dit voor jouw portemonnee?

Wanneer de hypotheekrenteaftrek wordt afgeschaft of beperkt, gaan de maandlasten van huizenbezitters omhoog. Gemiddeld krijgt een gezin met een eigen huis als gevolg van de hypotheekrenteaftrek 240 euro per maand terug, zo blijkt uit cijfers van het CBS. Afhankelijk van hoe je hypotheekrenteaftrek aanpakt, zal dit voordeel geheel of voor een deel verdwijnen.

Huizenprijzen
Een bijkomend gevolg van tornen aan de hypotheekrenteaftrek is dat de huizenprijzen dalen, of in ieder geval minder stijgen. Dat is onvermijdelijk en eigenlijk ook de bedoeling omdat voorstanders van het afschaffen van de hypotheekrenteaftrek vinden dat die marktverstorend werkt en dus de prijzen opdrijft.

Toch willen politieke partijen dit niet. Het CDA vindt het niet wenselijk als de huizenprijzen nu (verder) omlaag gaan en doet voorlopig dus niks, net als de VVD en de PVV. D66, PvdA, de ChristenUnie en de SP willen de hypotheekrenteaftrek beperken. Groenlinks stelt als enige partij voor de hypotheekrenteaftrek helemaal af te schaffen en de woning te verplaatsen naar box drie, waar vervolgens een vrijstelling van de vermogensrendementsheffing gaat gelden ter hoogte van de waarde van een gemiddelde woning. Aan het aftrekken van schulden in box drie komt als het aan GroenLinks ligt ook een einde.

Compenserende maatregelen
Om de prijzen niet al te erg te laten dalen, stellen de partijen wel allerlei compenserende maatregelen voor. Zo worden de plannen geleidelijk tot zeer geleidelijk ingevoerd en worden er voorstellen gedaan de overdrachtsbelasting en het eigen woningforfait af te schaffen of te verlagen. GroenLinks gaat nog verder door voor middeninkomens de inkomstenbelasting te verlagen.

Hoe deze plannen hoogstwaarschijnlijk uitpakken, blijkt op 20 mei als het Centraal Planbureau zijn doorrekeningen van de verkiezingsprogramma's publiceert.

In een CPB-rapport uit april zijn wel alvast de effecten van een aantal andere mogelijkheden om de hypotheekrenteaftrek aan te pakken, in kaart gebracht.

Schrikreactie
Bouw je de hypotheekrenteaftrek in dertig jaar helemaal af en verplaats je de eigen woning en de eigen woningschuld naar box 3 (wat geen van de politieke partijen momenteel voorstelt), dan daalt de huizenprijs in het eerste jaar na de aankondiging met 15 procent. Er treedt onmiddellijk een schrikreactie op.

Mensen willen volgens het CPB meteen al minder betalen voor een nieuwe woning omdat zij zich realiseren dat de huizenprijzen als gevolg van het aangekondigde beleid zullen gaan dalen. Uiteindelijk, na dertig jaar, liggen de huizenprijzen volgens het CPB 18 procent lager dan zij gelegen hadden als de hypotheekrenteaftrek niet was aangepakt.

Het beperken van de hypotheekrenteaftrek voor hoge inkomens en dure huizen, zoals de SP voorstelt, zal tot een veel minder grote daling leiden, maar blijkbaar was dit de SP toch nog te veel, want ze besloot onlangs alsnog de overdrachtsbelasting te halveren.

Moeilijk te voorspellen
Hoe de berekeningen van het CPB ook uitpakken, die schrikreactie in het eerste jaar na aankondiging blijft interessant. Want omdat dit om emotie gaat, is deze ook moeilijk te voorspellen.

Bemoedigend is daarom dat je er van het CPB vanuit mag gaan, dat hoewel de huizenprijzen onmiddellijk na aankondiging te maken krijgen met een flinke correctie, ze vervolgens jaarlijks wel weer omhoog gaan.

Dit zou betekenen dat als de huizenprijzen in 2011 met 15 procent zouden zakken, ze na acht jaar terug zijn op het niveau van 2011. Gaan de prijzen met 9 procent omlaag, dan mag je volgens het CPB verwachten dat ze binnen vier jaar weer op hun oude niveau zijn. Hoe erg zou dit laatste voor jou nou eigenlijk zijn?

Ben je een starter, dan zijn dalende huizenprijzen goed nieuws. Je kunt immers voor minder geld een huis kopen.

Babyboomer
Ben je een babyboomer die al lang in hetzelfde koophuis woont, dan is het jammer dat de huizenprijzen zakken, maar verder niet heel erg omdat je al jarenlang hebt kunnen profiteren van stijgende huizenprijzen. Je kunt de prijsdaling waarschijnlijk wel lijden. Bovendien is je volgende huis ook goedkoper.

De mensen die het meeste last hebben van dalende huizenprijzen, zijn degenen die nog niet zo heel lang geleden een huis hebben gekocht en van wie de woning sindsdien nog onvoldoende in waarde gestegen is om een prijsdaling van laten we zeggen 9 procent te kunnen opvangen, maar die wel binnen vier jaar willen of moeten verhuizen.

Hoef je niet weg, dan blijf je lekker in je huis wonen en merk je er niks van dat je woning in prijs gedaald is.

Vervelend is het wel voor twintigers en begin dertigers, die een huis hebben gekocht dat nog niet groot genoeg is om een heel gezin te herbergen. Eén kind kan misschien nog net, maar daarna waren ze toch wel van plan naar iets groters op zoek te gaan. Zij zullen langer (moeten) blijven zitten of hun verlies moeten nemen.

Starter met tophypotheek
Vooral beginnende huizenbezitters die erop gerekend hadden dat de huizenprijzen gewoon zouden blijven stijgen en dachten zich daarom een tophypotheek of grotendeels aflossingsvrije hypotheek te kunnen veroorloven, kunnen bedrogen uitkomen. Bijvoorbeeld als zij moeten verhuizen omdat zij hun maandlasten niet meer kunnen betalen aangezien ze hun baan verloren hebben of arbeidsongeschikt zijn geworden en geen Nationale Hypotheek Garantie hebben. Zij kunnen met een restschuld blijven zitten.

Maar goed, eerst de berekeningen van het CPB maar eens afwachten en vervolgens hoeveel mensen schrikken van een eventuele beleidsaanpassing. [z24.nl]

0 reacties :

Een reactie posten